donderdag 29 november 2012

EU-Veluwnaar: CU stelt Grexit voor

Die Arie Slob: Hij gooit toch maar ff mooi de knuppel in het hoenderhok. Vanochtend vroeg op de radio:  het zou voor beide partijen niet verkeerd zijn wanneer Griekenland uit de eurozone stapt en de overige EU-partners een flink deel van de Griekse schulden wegschelden, aldus de ChristenUnie. Waar komt deze klare taal vandaan ?

De ChristenUnie is nooit onduidelijk geweest over haar EU-standpunt: kritisch-positief, met weinig animo voor snelle integratie en veel meer affiniteit met een federatief statenverband en een geleidelijke ontwikkeling naar hechtere vormen van samenwerking.
Het Wetenschappelijk Instituut van de ChristenUnie  heeft een hooggeleerd panel gevraagd advies uit te brengen over de verschillende opties voor het oplossen van de eurocrisis. Daar is een stevig rapport uit voortgekomen, geschreven onder leiding van Johan Graafland, hoogleraar economie, onderneming en ethiek aan Tilburg University.

(Pic: AFP)
In het rapport, bijna honderd pagina's, worden vijf scenario's geanalyseerd:
  1. verdere integratie van de Eurozone
  2. uittreding van Griekenland
  3. uittreding van een aantal Zuid-Europese landen
  4. een neuro en een zeuro
  5. terug naar nationale munten.
Met behulp van de theorie van de optimale muntunie (OCA, optimum currency area) worden de verschillende scenario's ontleed, zowel economisch als politiek. De opties 2 en 3 scoren het hoogst. Het is een genuanceerd oordeel: bij elk scenario spelen veel onzekerheden mee. De grootste daarvan is wel de reactie van het Griekse volk (of breder; de reactie van samenlevingen). Niets zo onvoorspelbaar als menselijk gedrag.

Het ontbreekt me aan de vakkennis om de economisch-politieke analyse te becommentariëren. Ik constateer wel dat er een grondige aanpak gevolgd is en dat daarbij degelijk economisch instrumentarium gebruikt is.Ook is er goed oog voor de onzekerheden in het verhaal.
Dit alles maakt dat ik het een waardevolle bijdrage vind aan de opinievorming over de eurocrisis. De moeizame onderhandelingen in Brussel over de hulpoperaties voor Griekenland, het hardnekkig vasthouden van onze Ministers van Financiën aan terugbetaling van schulden, het overtuigt me niet meer.

woensdag 21 november 2012

Duurzaamheidscongres HierOpgewekt in Amersfoort

Vorige week donderdag 15 november werd in de Rijtuigenloods aan de noordzijde van station Amersfoort het Evenement Hier opgewekt gehouden. Het congres was een initiatief van de HIER klimaatcampagne, e-Decentraal, en werd gesponsord door energieleverancier Greenchoice.
Het doel van het Evenement was het ondersteunen van de vele lokale energie initiatieven door kennis en ervaring bijeen te brengen. Op dit moment zijn er enkele honderden initiatieven om lokaal de productie van duurzame en betaalbare energie ter hand te nemen. Vaak gebeurt dit in coöperatieve samenwerkingen van bedrijfsleven en burgers. Veel van die initiatieven verkeren in een prille startfase. Op veel plaatsen wordt dus kennis opgebouwd. Door de veelheid van activiteiten wordt ook vaak het wiel opnieuw uitgevonden, of worden startersfouten nodeloos vaak gemaakt. Alle reden dus voor een dergelijk initiatief.


Met zijn tweeën, duurzaamheidsmaat AvT en ik, zijn we naar deze dag geweest. Ik had 100-200 bezoekers verwacht, het bleken er ruim 600 te zijn !
De Rijtuigenloods bleek gelukkig een prima lokatie te zijn voor een dergelijke grote groep. Er was een ruime beursvloer, een grote zaal voor de plenaire sessies, en de workshops werden in historische rijtuigen gehouden. Voor de sprekers wellicht een crime, want je hebt je gehoor in smalle rijtjes van 4 voor je, voor de bezoekers goed te doen.

Sebastiaan van 't Erve, wethouder Duurzaamheid bij de gemeente Amersfoort, was de dagvoorzitter. In het plenaire deel aan het begin van de dag kwamen enkele voortrekkers aan het woord:
Wethouder Duurzame Ontwikkeling Thijs de la Court van de gemeente Lochem vertelde over de stand van zaken in Lochem. Daar is nu een energiecoöperatie LochemEnergie van start gegaan. LochemEnergie levert groene stroom en gas, en ondersteunt bij de aanschaf van zonnepanelen door particulieren.

De Rijtuigenloods bij station Amersfoort
Daarna kreeg Werner Frohwitter uit het Duitse dorp Feldheim het woord. Hij bleek verbazingwekkend goed Nederlands te spreken. In Feldheim is een samenwerkingsverband tussen gemeente, burgers, en overheid erin geslaagd om het dorp te voorzien van duurzame energie. Deze wordt opgewekt in een windmolenpark en een biogasinstallatie. Werner Frohwitter vertelt over de ups en downs van het traject. Naast de successen zijn er ook doodlopende wegen ingeslagen, volgens hem is dat niet te voorkomen bij dit soort initiatieven.

Daarna beginnen de workshops. Allereerst bezoek ik de workshop Plannen maken en in de wereld zetten van Martijn Messing (Energie Dongen) en Gerwin Verschuur (Thermo Bello) Ze vertellen over het opstarten van de coöperatie Energie Dongen in het afgelopen jaar. Hun voornaamste advies is om gewoon te beginnen, te kiezen voor goed afgebakende projecten die vlot resultaten zullen opleveren, en vanaf het begin een breed draagvlak te zoeken. Martijn Messing weet hier heel enthousiasmerend over te vertellen.
Mijn volgende workshop gaat over de spanning tussen vrijwilligersorganisatie en professionele organisatie. Bijna alle initiatieven rond lokale duurzame energie starten als vrijwilligersinitiatief. Vaak is er veel goodwill van lokaal woonachtige professionals die een dergelijk initiatief in hun gemeente of omgeving willen ondersteunen. In de opstartfase kan er dan ook tegen geringe kosten veel werk worden verzet. Daarna volgt echter een lastige doorstartfase. De zakelijke partners verwachten een professionele organisatie die continuïteit biedt. Dat betekent dat er financiële middelen moeten zijn om betaalde professionals in de coöperatie aan het werk te zetten. Het dringend advies is om van meet af aan met deze groeifasen rekening te houden.
Op de beursvloer bezoek ik nog een aantal standhouders. De KEMA is bezig met micro smart grids oplossingen. Die worden momenteel in een aantal woningen in Hoogkerk beproefd. Met slimme besturing worden de energiebehoeften in het huis zo efficiënt mogelijk afgedekt.
Tot slot praat ik nog even met de mensen van het Klimaatverbond. De Europese milieufederaties zijn al 20 jaren lang bezig om de lagere overheden te stimuleren zich bezig te houden met het ontwikkelen en uitvoeren van een klimaatbeleid. Mijn gemeente Epe blijkt nog niet te zijn aangesloten, ik heb iets te doen.

vrijdag 16 november 2012

Nogmaals: science and religion

Mijn verslag van het Science and Religion congres in Heidelberg was wel heel beknopt en ging nauwelijks in op de inhoudelijke bezinning waar deze wetenschappers mee bezig zijn.
Omdat ik de lezingen op zaterdag niet heb gevolgd, heb ik wellicht het interessantste deel van het congres gemist, namelijk de dialoog tussen geloof en wetenschap. De vragen die hier spelen kennen we:
  • Kun je als wetenschapper godsdienstig zijn ?
  • Is geloven een wetenschappelijk integere levenshouding ?
  • Is geloven niet achterhaald in deze eeuw van de wetenschap ?
Bovenstaande vragen zijn variaties op één thema: Kan geloven nog wel, nu we de wetenschap hebben ?


Ik wil in deze blog mijn eigen antwoorden op deze vraag toelichten. Geloof en wetenschap trekken bij mij onbekommerd gezamenlijk op, en dat is al begonnen toen ik acht jaar was. De anecdote die daar bij hoort: Ik kreeg toen een boekje in handen over de evolutietheorie. Er stonden prachtige illustraties in,  ik vond de wereld van de dinosauriërs betoverend. Dat al die dieren hadden bestaan ! Een conflict met het scheppingsverhaal was voor mij niet aan de orde: natuurlijk had God op de één of andere manier voor dit alles gezorgd.
Beide verhalen waren voor mij even waar: het wetenschappelijke verslag, en het bijbelse scheppingsverhaal. Dat is altijd zo gebleven, tot op de dag van vandaag. Door de jaren heen heb ik me veel verdiept in de doordenking van de relatie tussen geloof en wetenschap.
Gedurende mijn studiejaren was de EO aktief met TV-programma's met titels als "Schepping en Evolutie". Daarin werden Amerikaanse creationistische ideeën over het ontstaan van de wereld met verve naar voren gebracht. De aarde kon hooguit zo'n 6000 jaren oud zijn, en het bijbelboek Genesis met daarin het scheppingsverhaal moest letterlijk gelezen worden.
Deze zienswijze heeft me nooit zo aangetrokken. Het letterlijk lezen van de bijbel brengt je al snel in allerlei problemen. Ik had toen al gelezen hoe de kerkvader Augustinus aankeek tegen de schepping, en dat vond ik een betere benadering: de wereld is door God geschapen, maar hoe dat precies gebeurd is, is een geheim. Augustinus schrijft prachtige dingen over de plaats van de tijd in Gods scheppend handelen. Dat is een heel andere denkwereld dan het creationisme.

In de afgelopen tien jaren heb ik met veel waardering twee denkers gelezen: Michael Polanyi (wiki) en John Polkinghorne (wiki).

Polanyi is een veelzijdig wetenschapper geweest: chemicus, filosoof, socioloog. Zijn belangrijkste werk is Personal Knowledge. In dit boek analyseert hij de begrippen kennis en waarheid. Hoe komen we tot kennis, wanneer is kennis waar, en welke vormen van kennis zijn er ? Het is een helder en goed onderbouwd pleidooi voor de stelling dat alle kennis, dus ook wetenschappelijke, gebaseerd is op een traditie waarin kennis en/of vaardigheden worden overgedragen van de ervaren leermeester op de beginnende student. Die overdracht vraagt persoonlijke toewijding,  en kan nooit volledig geëxpliciteerd worden. Polanyi gebruikt hier het begrip tacit knowledge, you can know more than you can tell. De zienswijze van Polanyi staat dus frontaal tegenover het logisch-positivistische standpunt waarbij wetenschap een verobjectiveerbaar en waardenvrij kennisgebied is.
Het zal duidelijk zijn dat geloofskennis in de zienswijze van Polanyi eenzelfde plaats inneemt als wetenschappelijke kennis.

Polkinghorne is in zijn jonge jaren mathematisch fysicus geweest. Op 47-jarige leeftijd vindt hij dat hij voldoende heeft bijgedragen aan de wetenschap. Hij besluit om zich toe te wijden aan zijn andere grote passie: het christelijk geloof. Hij volgt de theologische opleiding van de Church of England, en wordt tot priester gewijd. Enkele jaren is hij werkzaam in plaatselijke gemeenten. Daarna is hij actief in adviesorganen van de kerk en houdt hij zich uitgebreid bezig met het thema science and religion. Hij schrijft er vele boeken over. In mijn kast staan:
Ik heb vooral veel waardering voor Science and christian belief. In dat boek staat de Apostolische Geloofsbelijdenis centraal. Eén voor één behandelt hij de artikelen uit de Geloofsbelijdenis en bespreekt ze in de wetenschappelijke context van nu. Hij gaat in op een scala van praktische en simpel geformuleerde vragen, die iedereen begrijpt, bijvoorbeeld:
  • hoe zit het met wonderen ?
  • kan een wetenschapper bidden tot een persoonlijke God ?
  • wat is vrije wil ?
  • heeft God de aarde geschapen ?
Polkinghorne geeft onderbouwde antwoorden op deze vragen. Er worden degelijke filosofische en theologische gereedschappen gebruikt om de argumenten kracht te verlenen. Zijn onderliggende stellingname is steeds dat geloof en wetenschap zich uitspreken over dezelfde realiteit en beiden op zoek zijn naar waarheidsvinding, maar dat op verschillende manieren doen. Polkinghorne treedt daarmee in het spoor van Michael Polanyi. De fysicus Freeman Dyson wiens boek Infinite in all directions ik in een eerdere blog besproken heb, schrijft in een recensie van één van Polkinghorne's boeken dat de argumentatie polished and logically coherent is.

maandag 5 november 2012

Volks of christelijk ?

Burgemeester Ton Rombouts pleit er voor om minder nadruk te leggen op het christelijke karakter van het CDA. Daardoor wordt het gemakkelijker voor niet-gelovigen om op het CDA te stemmen. Het CDA wil een brede volkspartij zijn, maar dat gaat dus niet lukken met alleen de stemmen van kerkelijke leden, zo luidt de redenering.


Commissievoorzitter Ton Rombouts wijst op het CDA-congres op de drie O's die aan de basis lagen de verkiezingsnederlaag van de partij. ANP
Ik deel deze opvatting niet. Wat bedoelt het CDA met een volkspartij ? Daarmee willen we zeggen dat we er niet alleen maar voor gelovigen zijn, maar dat ons politieke programma bedoeld is voor het welzijn van alle Nederlanders, gelovig of niet. We zijn dus geen belangenbehartigers van het christelijke volksdeel.

Daarmee hebben we nog niets gezegd over onze keuzes: Hoe ziet de ideale samenleving er uit, wat is onze visie ? Het zal duidelijk zijn dat daar de C van het CDA centraal staat: het CDA wil een christelijke partij zijn. Onze keuzes worden ingekleurd door richtingwijzers vanuit het Evangelie. Het CDA heeft bijbelse kernwoorden gekozen die bepalend zijn voor het politieke handelen: gerechtigheid, naastenliefde, en rentmeesterschap.

Het CDA is niet uniek in deze combinatie van volkspartij willen zijn, en het hebben van een identiteit die bepalend is voor de wijze waarop ze tegen de samenleving aankijkt en haar zou willen ordenen: de PvdA doet dat vanuit haar socialistische wereldbeschouwing, de VVD vanuit liberale grondbeginselen.

De vraag is nu of het uitvoeren van het politieke programma gehinderd wordt door je identiteit. Ik hoor socialisten en liberalen daar nooit over tobben. In de verkiezingsstrijd hebben zowel Rutte als Samson onbekommerd de oude vijandbeelden van het rode gevaar en de vrije markt-fanaten van stal gehaald.
Ik denk dat je politieke programma duidelijk en in lijn met je identiteit moet zijn. Dat overtuigt en geeft kiezers houvast.
Het CDA heeft hier gefaald. Onze politieke keuzes bestonden uit fletse compromissen, vage ambities, en het weglopen voor lastige keuzes rond de hypotheekrenteaftrek, de zorg, vreemdelingenbeleid, en het ontslagrecht.

Wat wil Rombouts nu met een "minder christelijk CDA" ? Het doet mij denken aan een keuze die mijn generatie met de paplepel ingegoten heeft gekregen: geloven is voor privé, binnenshuis. In de publieke ruimte laat je je christelijke identiteit maar weg. Veel politici vinden dat ook: scheiding van kerk en staat, roepen ze dan, geen geloof in het politieke debat. Dit getuigt van weinig begrip van de intentie van de scheiding van kerk en staat, en van weinig inzicht in de eigen identeit. Die berust immers ook op een geloofsovertuiging, maar dan een seculiere.

Wat mij betreft dus: geen spanning aanbrengen tussen identiteit en volkspartij, zoals Rombouts stelt, maar wel je politieke programma duidelijk hoorbaar laten resoneren met je christelijke uitgangspunten.
Ik laat me graag inspireren door de Amerikaanse Sojourners beweging: evangelicale christenen die hun geloof handen en voeten willen geven in hun politieke keuzes: Faith in action for social justice. Hier is identiteit geen belemmering voor het politieke handelen, maar krachtcentrale en kompas.
Jim Wallis, één van hun leiders, zet in zijn blogartikel Religious Consistency and Hypocrisy een visie neer die me uit het hart gegrepen is. Hij is gepassioneerd over de thema's die je ook bij bijvoorbeeld Kerk  in Actie terugvindt, en die ik al eens noemde in een eerdere blog:
  • Vluchtelingen, migratie en multiculturele samenleving 
  • Duurzaamheid
  • Zorg
  • Armoede, uitsluiting en sociale tegenstellingen 
  • Mondiale verantwoordelijkheid
Hij combineert dit met een fijn oog voor de beperkte mogelijkheden van het politieke handelen en het eigen inzicht, en dat voorkomt fanatisme en onverdraagzaamheid. Daar voel ik me bij thuis, en zo zou ik politiek willen bedrijven binnen het CDA.