dinsdag 27 augustus 2013

Boek: Energie door wisselwerking - Rien van Leeuwen

Rien van Leeuwen, trainer bij Ruysdael, heeft een beknopt boekje geschreven over veranderen, projectmanagement, en NLP. Het dient ter ondersteuning van de training Praktisch Projectmanagement met NLP. Mijn aandacht werd getrokken door de aankondiging: duurzaam veranderen, authentiek en geïnspireerd samenwerken, hulpbronnen optimaal benutten, ecologisch verantwoorde doelen nastreven. Als deelnemer in een denktankgroepje dat de mogelijkheden voor lokale en coöperatieve opwekking van schone energie onderzoekt, leek me dit een interessant boek.


Het blijkt van belang om de betekenis van de kernbegrippen helder voor ogen te hebben. Die worden goed gedefinieerd:
  • Het gaat over duurzaam veranderen: hulpbronnen worden optimaal benut voor het realiseren van blijvende resultaten, die passen in het grotere geheel. Daarvoor moet (menselijke) energie worden losgemaakt. Dat gebeurt door het samen te doen, vanuit een gedeelde passie.
  • Praktisch projectmanagement is een geschikte aanpak om duurzaam te veranderen. "Praktisch" is niet alleen nuttig en doelmatig. Het gaat ook over hoe we onze kennis hergebruiken en hoe we als team samenwerken en van elkaar leren. En "projectmanagement" is veel meer dan een gestructureerde werkwijze en een setje beheersmechanismen. Het is een gebeuren waarbij de projectleden gezamenlijk een verandering mee maken, zich aan het succes verbonden weten, en vanuit die inspiratie samen vorm geven aan de gewenste resultaten.
  • NLP, de afkorting van Neuro Linguïstisch Programmeren, is, kort door de bocht, een aanpak om individueel gedrag te ontwikkelen door patronen in het eigen denken of in dat van anderen te leren herkennen. Het helpt om beter te communiceren en je meer bewust te zijn van je eigen denken en voelen en dat van anderen. De wetenschappelijke basis van NLP is zwak, maar de praktische toepasbaarheid compenseert dat ruimschoots.
Om op deze wijze te kunnen veranderen, behandelt Rien van Leeuwen een referentiekader dat bestaat uit zeven thema's: Context organiseren, Fitter communiceren, Authentiek handelen, Samenwerken, Leren, Leiden, en Veranderen. Dit vormt de ruggengraat van het boek. Elk thema wordt in een afzonderlijk hoofdstuk uitgewerkt. Er worden veel praktische tips en hier en daar een oefening gegeven.
Ik wil een aantal zaken noemen die bij me opkwamen bij het lezen van dit boek.
  1. Dat we op anderen manieren samenwerken dan voorheen en dat dit dus gevolgen heeft voor de wijze waarop we projecten uitvoeren, lijkt me een goede invalshoek. Het verandertempo in het werk en in de samenleving is hoog, en de verbondenheid met de nagestreefde doelen lijkt soms omgekeerd evenredig daar mee. In dit boek wordt dit probleem aangepakt en ontleed en er worden praktische handelwijzen aangeboden hoe daar mee om te gaan. Dat is nuttig.
  2. De meest krachtige metafoor in het boek vond ik die van de bovenstroom (bewust, expliciet, beargumenteerbaar) en de onderstroom (onbewust, impliciet, intuïtief). "Klassiek" projectmanagement is sterk gericht op de bovenstroom. In dit boek wordt veel aandacht besteed aan de onderstroom. Dat is een zeer waardevolle en ook een noodzakelijke aanvulling. Was het vroeger al zo dat veel projecten mislukten doordat de betrokkenen niet mee veranderden, zeker nu is dat een groot risico in het licht van de verandermoeheid van veel mensen voor wie het allemaal veel te snel gaat. Door bewust in te gaan op "zachte" onderwerpen als bezieling, verbondenheid, en communicatie krijgt de onderstroom de behandeling die het toekomt.
  3. De toegevoegde waarde van NLP is me niet zo duidelijk geworden. Rien van Leeuwen vermeldt dat derde generatie NLP-technieken worden toegepast. Daarin is naast de individuele ontwikkeling ook aandacht voor de bredere verbanden: de sociale context, en het grotere systeem, het holistisch perspectief. Hier wordt het taalgebruik een tikkeltje abstract en pretentieus. Voor mij wint het boek aan kracht wanneer NLP veel meer "onder de motorkap" wordt meegenomen, in de gepresenteerde aanpakken. Nu roept het verwachtingen op die bij mij niet zo uit de verf komen.
  4. Dit boek is niet bepaald een page turner. Ik heb het van voor naar achteren doorgelezen en dat is een hele opgaaf, ondanks het beperkte aantal pagina's. Er zijn weinig voorbeelden en illustraties en veel "platte tekst". Het is daarom beter om het advies van Rien van Leeuwen op te volgen en er in te grasduinen. De hoofdstukken zijn goed afzonderlijk te lezen en je kunt dan je voordeel doen door datgene te lezen wat je boeit.
Ik kan dit boek van harte aanbevelen aan allen die veranderingen te weeg willen brengen, beroepsmatig of in andere verbanden, en zich afvragen waarom dat nou zo weerbarstig is. Het biedt bruikbare gereedschappen om aan de slag te gaan in de actualiteit van nu.

zaterdag 10 augustus 2013

New Wine zomerconferentie 2013

Al weer voor de achtste keer zijn we naar de New Wine zomerconferentie geweest. De week is voorbij gevlogen. Nooit eerder hadden we zulk prachtig zomerweer. En dat is goed voor de sfeer op de camping, want we zijn met elkaar natuurlijk één grote familie, daar op de Walibi evenemententerreinen bij Biddinghuizen.


In mijn vorige verslagen, van de zomerconferentie 2012, en die van 2011 heb ik al een impressie gegeven van de dingen die we daar aan het doen zijn. Het liefst noem ik het een summerschool voor christenen. Een week lang ben je met elkaar bezig met de passie die je met elkaar deelt: hulde brengen aan God en Hem beter leren kennen door te luisteren naar wat medechristenen over Hem te vertellen hebben. En dat laatste gebeurt in de keynotes in de grote samenkomsten, in de tientallen seminars 's middags, en ook tijdens de informele gesprekken die je voert.

Omdat de New Wine beweging begonnen is als vernieuwingsbeweging binnen de Anglicaanse Kerk in Engeland zijn er vaak Engelse sprekers en spreeksters op de conferentie.
Dit jaar was Mike Breen de hoofdspreker in de ochtendsamenkomsten. Hij hield een aantal toespraken over het thema  discipelschap. Een kort zinnetje van hem is voor mij de samenvatting van zijn boodschap: "discipelschap komt eerst, de kerk ontstaat dan vanzelf".


Mike Breen is in Londen begonnen met pionierswerk in de gemeentevernieuwing. In een kleine en vergrijsde parish stelde hij zich de vraag: Wat staat ons hier te doen, hoe zijn we hier present als christelijke gemeenschap die ernst maakt met de missionaire opdracht die Jezus aan zijn discipelen gaf ?
In Sheffield ontwikkelde hij de opgedane ervaringen verder, hier ontstonden de missional communities (MC's) die het hart vormen van zijn aanpak. Mike Breen doet verslag van die jaren in deze verhelderende blogpost.
Op de conferentie vertelde hij over de bedoeling en de aanpak van deze MC's. Hij heeft het uitgewerkt tot een zeer gedetailleerde methodiek met een eigen jargon. Hij heeft visualisaties in de vorm van eenvoudige meetkundige vormen ontwikkeld, zogenaamde life shapes, waarmee hij de principes rond discipelschap en leiding geven uitlegt. In deze post licht hij dat toe.

In Nederland is Rudolf Setz begonnen met pionierswerk op dit gebied. Vanuit Assen is hij Nederland Zoekt begonnen met als missie: Nederland Zoekt... gaat onderweg met plaatselijke initiatiefnemers om de boodschap van Jezus te leven en relevant te maken. In levensstijl, gemeenschappen, maatschappelijke betrokkenheid en met oog voor kwetsbare mensen.

Ik heb veel geleerd van Mike Breen, en ook bij mij is de uitdaging geland: Wat voor een discipel ben jij ? Hoe doen jullie dat in jullie lokale kerk ? Ben je bereid om een stap in het onbekende te zetten ?

Tot slot het beamerteam, mijn medewerkertaak gedurende ook al weer 7 jaren. Dit is mijn laatste jaar geweest als teamleider van het beamerteam. Gelukkig heb ik mijn taken binnen het team kunnen overdragen. En ook dit jaar hebben we weer top gedraaid. Eén van de mooiste ontwikkelingen vind ik het stijgend aandeel vrouwen in het beamerteam. Was het in de eerste jaren echt zo'n mannenkluppie, nu zijn die in de minderheid, jawel !



maandag 5 augustus 2013

Wandelvierdaagse

In maart heb ik het een en ander verteld over onze training voor de Apeldoornse Wandelvierdaagse (AW4D). Om een lang verhaal kort te maken: Eger heeft de AW4D uitgelopen, ik heb alleen op dag 4, de vrijdag, meegelopen.
Een belangrijke succesfactor is voldoende tijd voor de training. De organisatie van de AW4D heeft een goed trainingsschema op de website geplaatst. Het lukte ons in het begin goed om dat te volgen.

De eerste kink in de kabel was een lichte ontsteking van mijn rechter Achillespees, een bekende blessure bij lopers. Ik besloot er meteen een bezoek aan de fysiotherapeut aan te wagen. In het nieuwe sportcomplex De Koekoek in Vaassen, bij Fysio Fit Veenstade, kreeg ik een duidelijk advies: Helemaal niet erg, gaat vanzelf weer over, maar u moet enkele weken rust nemen, en dagelijks excentrische Achillespees oefeningen doen. Daarna kunt u uw training weer oppakken...  Die oefeningen doe je thuis op de trap: op één been staand doorzakken en je Achillespees en kuit flink belasten, omhoog komen, andere been bijhalen, en dan hetzelfde doen met het tweede been. Drie series van 15 keer voor elk been, en dat tweemaal daags. Dat heb ik nooit gehaald overigens.


Een maandje later heb ik de training weer opgepakt. Eger was bezig gebleven en liep inmiddels afstanden van 40 - 50 km. Ik ontdekte toen de tweede horde: om zulke afstanden te lopen heb je veel tijd nodig. En die kon ik niet vrijmaken. Ik heb eind mei de knoop doorgehakt en besloten om de AW4D uit mijn hoofd te zetten, maar wel te trainen voor een eendaagse van 50 km. En dat is gelukt. Eger heeft vele dagen in zijn eentje die afstand weggetippeld, en bouwde daarmee een prima wandelconditie op.

Op 9 juli was het zover. Ik heb Eger naar Sportpark Orden gebracht en 's middags weer opgehaald. De sfeer zal wel anders zijn dan in Nijmegen, waar tienmaal zoveel mensen meelopen. Dit jaar telde de AW4D zo'n 3300 deelnemers. Bij aankomst om kwart over 6 's ochtends zijn er een paar honderd wandelaars voor de 40 en de 50 km, en that's it. Kleinschalig, onder ons, knus.

Op vrijdag heb ik zelf meegewandeld. Dat is goed verlopen. we zijn geen van beiden blarenlopers, en prijzen onszelf gelukkig daarvoor. Om een uur of vier, negen en een half uur na vertrek, passeerden we de finish.
Ik heb ontzag gekregen voor de wandelaars die de 50 km AW4D uitlopen. Nogmaals proficiat Eger !


Ik heb ook een aantal dingen geleerd.
De routes gaan door prachtige natuurgebieden, merendeels over onverharde paden. Dat betekent dat je bijna steeds goed moet opletten waar je loopt. Elke stap is maatwerk, zal ik maar zeggen. En dat had ik nog niet eerder meegemaakt. Als je op asfalt loopt, kun je in een bepaalde cadans gaan lopen, zeg maar op de automatische piloot. Dat is er hier niet bij dus. Best vermoeiend.
Daarnaast wordt de 50 km in een hoog tempo gewandeld. Dat vraagt het nodige van je conditie, die dus echt op peil moet zijn.
Wat afleiding onder het wandelen kan geen kwaad. We hebben onderweg een uur lang samen op gelopen met een Vlaming die achter elkaar door vertelde over ik weet niet wat. Een heel onderhoudende man die niet terugdeinsde voor stevige stellingnames over Walen en Vlamingen. We waren maar zo een flink aantal kilometers verder.
Eten doen we met mate. Bij de tweede pleisterplaats, na 29 km,  heb ik een bak koffie gedronken. Bij de derde pleisterplaats , rond de middag, hebben we beiden een vorstelijke gehaktbal opgepeuzeld. Natuurlijk hadden we boterhammen bij ons, en vulden we regelmatig onze halveliter flesjes met water.


Ja, en dan tot slot natuurlijk het ludieke element: de gorillaman. Een wel heel bijzondere wandelaar: een gorilla met een grote rugzak waar een plastic hert aan hing, een nep jachtgeweer, een konijn, een sigaar in zijn mond, een roze biggenkop in zijn kruis, en een grote wandelstaf met een roze handtasje. Hij had een gezellige conversatie en een zeer hoog wandeltempo. Al van ver hoorde je hem aankomen, pratend met de wandelaars die hij met grote stappen passeerde. Een wel heel bijzondere prestatie, die hij een week later wilde gaan herhalen in Nijmegen.