maandag 3 april 2017

Voorjaarsretraite abdij Tongerlo

De afgelopen week ben ik weer in abdij Tongerlo geweest. Een retraite kan me soms diep raken, door een gesprek, door iets in de liturgie. Twee jaar geleden was ik er in de Paasweek, vanaf Tweede Paasdag ' s avonds. In die week zijn de vespers van een ongekende schoonheid: in processie lopen de broeders al zingend door de kerk. Het is prachtig om mee te maken en ik heb er zeer van genoten.

Het poortgebouw met gastenverblijven op de eerste verdieping
Deze retraite was veel "gewoner". En daar moet ik dan ook maar tevreden mee zijn. Ik herinner me opeens de vele gedachten die Etty Hillesum in haar boek  Het verstoorde leven wijdt aan dit fenomeen, dat zich ook in de liefde voordoet: je leeft niet steeds op hoogtepunten van ervaring. De liefde is vaak ook "rustig", of "gewoon". Ze gaat dan twijfelen aan haar gevoelens voor haar geliefde Julius Spier. Ze overwint dat door te accepteren dat het nu eenmaal zo gaat, dat het erbij hoort, en dat het de momenten van sterke verbondenheid of van passie des te waardevoller maakt.

In de omgang met God gaat het net zo. Een retraiteweek is niet als vanzelf een hoogtepunt van geloofservaring. Daarom houd ik me aan de dagelijkse routines van het abdijleven, want die creëren op verrassende wijze steeds weer momenten waar God dichterbij komt.

Ik krijg 's morgens vroeg steeds beter rust in me bij het ochtendgebed. De lange stilte na de eerste lezing vond ik de eerste jaren moeilijk te hanteren. De gedachten dwaalden alle kanten op. Het lukt me inmiddels veel beter om me te blijven richten op het bidden: het spreken met God zoals met een vriend. Voor ik het weet gaat de abt al weer staan en zetten we de volgende beurtzang in.

Een andere routine is het lezen van een opbouwend boek, een eye opener, dat je uitdaagt om dingen anders te gaan doen.
Ik heb niet altijd zo'n boek bij de hand, maar deze keer vond ik er een in de abdij-boekhandel. Ik was de titel al eens tegengekomen: The Jesuit Guide to (almost) everything. A spirituality for real life van de Amerikaanse Jezuïet James Martin.
Mijn eerste vermoeden dat dit een populair Amerikaans zelfhulp boekje is blijkt niet te kloppen. Het is een interessante en vlot geschreven kennismaking met de spiritualiteit die Ignatius van Loyola, de stichter van de Jezuïeten uitwerkte in zijn meest bekende werk de Geestelijke Oefeningen. Ik heb daar in mijn vorige blog over abdij Tongerlo al over geschreven. In de afgelopen wintermaanden heb ik het volgen van een stilteretraite in Gent niet langer overwogen. Dit boek daagt me opnieuw uit om mijn gebedsleven te verdiepen.
Ik wil dingen die mij geraakt hebben citeren. Allereerst enkele vragen waar Ignatius van Loyola antwoorden op probeerde te geven:
  • Hoe weet ik wat ik moet doen, en wie ik wil zijn  ?
  • Hoe maak ik goede keuzes ?
  • Hoe ga ik om met lijden, en hoe word ik gelukkig ?
  • Hoe kan ik bidden en hoe kan  ik God vinden ?
Nu, vijfhonderd jaren later, zijn deze vragen nog steeds ook onze vragen.
Om enigszins een beeld te krijgen van deze spirituality for real life noemt James Martin vier karakteristieken:
  1. God vinden in alle dingen. je leven bestaat niet uit compartimenten met ergens een vakje voor God. Hij wil deel uitmaken van je hele leven, met al zijn hoogte- en dieptepunten
  2. Bezinning en actie combineren. Leven met God betekent niet dat je je in een klooster moet opsluiten. Het zoeken van rust en vrede en fundament in je bestaan kan heel goed samengaan met een actief en aan medemensen toegewijd leven. 
  3. God zien in het geschapene: God is niet ver weg, in een onbereikbare hemel. Hij is overal om ons heen te bespeuren met onze zintuigen. Ooit was Hij zelfs lijfelijk bij ons
  4. Vrijheid en onthechting zoeken: we worden pas echt vrij en gelukkig als we niet langer gebonden zijn door onbelangrijke zaken
Het boek staat vol met levenswijsheid die je dichter bij God brengt, en het wordt op een aangename en verfrissende manier gepresenteerd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten