Het verhaal pakt onmiddellijk: In het Florence van eind jaren 1400 woont en werkt een jong hoertje, Luciana. Ze is succesvol en heeft een goed betalende clièntele uit de upperclass van de stad. Eén van haar klanten geeft haar de opdracht om naar de schilder Botticelli te gaan om zich te laten schilderen. Ze staat model voor Flora, de belangrijkste persoon op het wereldberoemd geworden schilderij Primavera. Als ze vertrekt steelt ze een miniatuur van het schilderij.
Dat brengt haar onmiddellijk in de problemen. Als ze thuiskomt treft ze haar vermoorde vriendin aan. Ze beseft dat de diefstal ontdekt is en dat Botticelli er groot belang bij heeft het miniatuur terug te krijgen. Ze vlucht naar het klooster Santa Croce omdat ze die dag één van de daar woonachtige monniken, broeder Guido, heeft leren kennen. Ook daar weten de achtervolgers haar te vinden: een monnik die op broeder Guido lijkt wordt vermoord. Luciana en Guido nemen de vlucht. Daarmee begint een avontuurlijke tocht langs de grote stadstaten van he toenmalige Italië: Pisa, Napels, Rome, Venetië, Milaan. Langzaam maar zeker ontrafelen Luciana en Guidi het geheim van het schilderij: zeven machtige politici zweren samen om een grootse plan re realiseren.
Primavera - Botticelli |
Wat me tegenvalt aan het boek: de eerste vijftig bladzijden van het boek ben je verrast door de vaart van het verhaal en de rauwheid van Luciana: ze is plat en onbeschaamd. Daarna wordt het verhaal steeds voorspelbaarder en uiteindelijk blijft er een soort Boeketreeksverhaal over: Heldin beleeft spannend avontuur met held en wil met hem trouwen. De ontknoping is triviaal en ongeloofwaardig.
Desalniettemin: je bent verzekerd van een aantal uren leesplezier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten