zaterdag 29 december 2018

24 uren cultuur

Op donderdagavond beginnen E. en ik aan onze 24 uren cultuur. Het is allereerst tijd voor de Dijkgraaf kerstmovie: voor de 18e keer gaan we met een heel gezelschap naar de bioscoop.
Wat ooit begon als een broeder-avond naar de film (Lord of the Rings deel 1 in 2001) is een gezellige avond voor neven en nichten, partners, en vrienden en vriendinnen geworden. Deze keer zijn we met zijn negenen en gaan we Bohemian Rhapsody bekijken.

Freddy Mercury on stage 
De filmkritieken zijn behoorlijk eensluidend: de professionele reviewers komen vaak op 3 van de 5 sterren, en het grote publiek vindt de film geweldig en scoort dus hoger. 
Ik heb er van genoten, vooral van de muziek. Bohemian Rhapsody is voor mij nog steeds een grootse herinnering uit mijn tienerjaren: uit het niets schoot er een waanzinnig lang nummer in enkele weken naar de eerste plaats van de hitparade. De muziek was stunning: rock, opera, koortjes en solozang, alles in één nummer. Wat gebeurde hier ?!
In de film komt er een andere Freddy Mercury naar voren dan de extravagante en libertijnse vrijbuiter waarvan ik ooit hoorde.  Was die man echt zo verlegen ? Op het eind wordt de film wat zoetsappig als Freddy Mercury overeind krabbelt uit de goot, terugkeert bij Queen, en zijn ouders bezoekt met Jim Hutton, zijn friend-for-life vanaf dat moment.  Maar niet getreurd: de film eindigt met een fantastische replay van het Queen optreden in Live Aid (1985). Rami Malek haalt hier alles uit de kast als hij de wereldberoemde podium performance van Freddy Mercury in het Live Aid concert  neerzet.
Na de film drinken we nog wat in Het Refter en daarna is het tijd voor een paar uur slaap.

Willem Bever wacht ons op in de hal van  de Fabeltjesland expositie
Vrijdagochtend vertrekken we om zeven uur richting Rotterdam. Onze volgende portie cultuur is de expositie Fabeltjesland. Na een goeie bak koffie op Rotterdam Centraal zoeken we de Wilhelminakade op. De gebroeders Bever wachten ons al op in de hal, en ook op andere plekken zijn de Fabeltjesland vriendjes manshoog aanwezig. Ik sta te kijken van het internationale succes van Fabeltjesland. In tientallen landen is het uitgezonden, en op de expositie kun je in allerlei talen het bekende Hallo meneer de Uil horen, heel grappig.
Er zijn oude interviews met de acteurs en de stemmenmakers, en er wordt veel verteld over de achtergrond van de Fabeltjesland typetjes. De tekstschrijver Leen Valkenier, die uiteindelijk 1640 afleveringen schreef, putte rijkelijk uit zijn jongemannen jaren die hij doorbracht in de Rotterdamse  Vreewijk. De insiders van toen herkenden de vrienden en vriendinnen uit hun jeugdjaren...
Gauw naar toe gaan mensen, het kan nog tot en met 13 januari.

De Markthallen
Het loopt naar de middag, tijd om de inwendige mens te versterken. E. heeft de Markthallen nog nooit gezien, dat is dus een mooie tussenstop. We dwalen wat rond en kijken onze ogen uit naar al die food kraampjes. Ik vind het een aardige plek om een snelle lunch te pakken, het worden hartige Turkse broodjes.
Het beroemde Marcussenorgel in de Laurenskerk in Rotterdam
We besluiten geen haast te maken en lopen nog even de Laurenskerk binnen. Wat een heerlijke rustige plek, na de drukte van de Markthallen. Ik ben nog nooit eerder in deze kerk geweest en sta te kijken van het immense hoofdorgel, gebouw door de Deense firma Marcussen. De pedaaltorens aan de linker- en rechterzijde zijn immens en herbergen de pijpen van de Prestant 32'.  Jammer dat er niet op gespeeld wordt.

Het wordt nu toch echt tijd voor ons laatste doel, door E. gekozen: de expositie Gaudí en de Amsterdamse School.  Deze is te vinden in het woningencomplex dat een eeuw geleden door de beroemde architect Michel de Klerk ontworpen werd. Vanwege zijn vorm staat het in de volksmond ook wel bekend als Het Schip. Ook nu nog bevatten de door hem gebouwde woningblokken sociale huurwoningen.
Het Schip: sociale woningbouw in Amsterdam
We nemen de Intercity Direct en zijn binnen het uur op Amsterdam Centraal. Na enig zoeken ontdekken we het busstation - beter op de borden letten hè, het staat allemaal aangegeven.
Het Schip bevindt zich in de Spaarndammer buurt. De expositie is klein maar wel interessant vanwege de parallellen tussen de bouwstijlen van Gaudí en Michel de Klerk. Voor zover ik het beoordelen kan: Michel de Klerk lijkt mij een soort Gaudí light qua fantasie van bouwstijl. En hoewel Gaudí maar kort: beide architecten hebben zich beziggehouden met sociale woningbouwprojecten met het doel enig wooncomfort te geven aan de in armoede levende arbeiders in Barcelona of Amsterdam.
We eindigen het bezoek met een rondleiding rond het woningblok Het Schip. De woning onder het torentje mogen we tot slot bezichtigen. Het is ingericht in de stijl van de jaren dertig en oogt naar onze maatstaven klein en benauwd.

We wandelen terug naar Amsterdam Centraal en pauzeren onderweg in een pizzeria om er een hapje te eten. Ik neem een Affligem Blond biertje bij mijn pizza, met een karakteristieke, licht fruitige smaak. Om zeven uur vertrekken we weer uit Amsterdam.

woensdag 19 december 2018

Stilteretraite in de Oude Abdij bij Gent

Een week lang de stilte bewaren en zwijgen, waarom zou ik dat willen ? En wat doet het dan met me ? Dat zijn natuurlijk de eerste vragen die bij me opkwamen toen ik, nu al weer drie jaar geleden, in abdij Tongerlo een pater ontmoette die me aanraadde om in de Oude Abdij bij Gent een stilteretraite te gaan doen. "Dat is goed voor u !"
Klaarblijkelijk heeft hij toch een zaadje geplant want zijn advies is sindsdien in mijn hoofd blijven ronddwalen. Ik ben eens gaan kijken wat er gebeurt in die Oude Abdij. Die kent een lange geschiedenis die al begint in de tiende eeuw. De laatste actieve gemeenschap die er verblijf hield waren de Jezuïeten die er jonge novices opleidden. Nu is het een bezinningscentrum waar je onder  anderen stilteretraites kunt volgen in de geest van de Geestelijke Oefeningen van Ignatius van Loyola (1491-1556).
Binnentuin van de Oude Abdij
Dit was voor mij het begin van een ontdekkingsreis in de wereld van de ignatiaanse spiritualiteit, en uiteindelijk heeft dat geleid tot deze stilteretraite, in de Adventsweken van 2018.
Ik had me jaren geleden al verdiept in de zeer lezenswaardige boeken van Wil Derkse over de benedictijnse spiritualiteit. Vooral Een levensregel voor beginners kan ik iedereen aanraden die wat meer wil weten over deze kloosterspiritualiteit en die ook praktische wil toepassen.

De ignatiaanse spiritualiteit is anders gekleurd dan de benedictijnse. Laat ik meteen weer verwijzen naar een goed en prettig leesbaar boek: Het Jezuïetenantwoord op (bijna) alle vragen van James Martin. Ik citeer een mooie zin: De ignatiaanse spiritualiteit draait om de overtuiging dat alles om je heen serieus genomen moet worden als een mogelijke vindplaats van God.
Ik kan uit eigen ervaring beamen dat het inderdaad zo werkt: in de retraiteweek staan lezingen uit de bijbel centraal en steeds is de vraag: wat betekent dit voor jou, wat zegt God tegen je ? Het is een heel persoonlijke manier van bijbellezen.
In de Oude Abdij
Terug naar mijn aanloop naar de stilteretraite. Al vlug na het gesprek met de pater in Tongerlo werd het me duidelijk dat ik verlangde naar een leven waarin actie en gebed goed in evenwicht zijn. Om het eerste goed te doen krijgen we van alle kanten deskundig advies en slim gereedschap aangereikt. Onze hele samenleving zit vol met ambities om alles uit de kast te halen om ik weet niet welke doelen te behalen, bij voorkeur zo efficiënt mogelijk. Maar contemplatie, rust, en dan in het bijzonder de stilte zoeken, dat is geen gemeengoed.

Het was voor mij vanaf het begin duidelijk dat ik wilde putten uit de christelijke traditie. Dan blijkt de ignatiaanse spiritualiteit een belangrijke bron te zijn voor "een leven in balans".
Ignatius van Loyola, een Spaanse edelman, was de grondlegger ervan. Hij kwam als jonge man na een zware verwonding te hebben opgelopen op het slagveld tot inkeer en besloot met al zijn energie volgeling van Christus te worden. Hij had een goede antenne voor het innerlijk leven en wist zijn ervaringen als rijpende christen te integreren tot een korte maar krachtige "leerschool": de Geestelijke Oefeningen, een retraite die volgens hem in dertig dagen gedaan  moest worden.
Tot op de dag van vandaag spelen de Geestelijke Oefeningen een centrale rol in de vorming van de Jezuïeten. Het is daardoor een levende traditie gebleven, waarin ervaren "geestelijk begeleiders" de deelnemers aan de Geestelijke Oefeningen begeleiden.
Ook in de Oude Abdij kun je als gast de Geestelijke Oefeningen volgen, ook in verkorte vormen van één of twee weken.

En zo gebeurde het dan dat ik naar Gent reed voor een stilteretraite van een week....
De aankomst op zondagavond was verrassend: in de aankomsthal van de abdij heerste een gezellige en rumoerige drukte: de zorggemeenschap de Ark was klaar met de samenkomst en was bezig de spullen weer op te ruimen...
Al snel was mijn geestelijk begeleider, pater Wauthier, gevonden. Hij bracht me naar mijn kamer en liet me zien waar de gasten-eetkamer, de gasten-huiskamer, en de kleine en de grote kapel waren. De kleine kapel viel meteen bij me in de smaak, met een sobere en sprekende inrichting. Het werd mijn favoriete meditatieplek.
We maakten een afspraak voor het eerste gesprek: meteen maar beginnen, diezelfde avond nog ! Aan het eind van het gesprek kreeg ik een drietal bijbelteksten mee om te gaan overdenken.
Elke dag is er zo'n gesprek met de geestelijk begeleider. Hij luistert, bespreekt je vragen en opmerkingen, en geeft nieuwe bijbelteksten mee. De voorschriften van de Geestelijke Oefeningen zijn hierbij zijn leidraad Op die wijze probeert hij je verder te helpen in je omgang met God, of je nu aan het begin van die weg staat, of al een geoefend christen bent. Ik heb die gesprekken als een warm bad ervaren. Het doet goed om een gesprekspartner te hebben die goed kan luisteren en goede raad kan geven.

De kleine kapel
De maandag en de dinsdag had ik nodig om te ontdekken hoe ik de dagen zou gaan doorbrengen. Behalve het dagelijkse gesprek met de geestelijk begeleider zijn er geen voorschriften, dus de dagroutine moet je zelf ontdekken. Vanaf woensdag heb ik 's ochtends vroeg, 's middags, en 's avonds in de kleine kapel gemediteerd over de bijbelteksten. Daarvoor nam ik dan 30-40 minuten de tijd. Verder heb ik 's ochtends en 's middags lange wandelingen langs het riviertje de Leie gemaakt. Al wandelend kwam ik goed tot rust en concentratie en kon dan opnieuw de bijbelteksten en alles wat die opriepen, overdenken. De manier van bijbellezen in de ignatiaanse spiritualiteit kon ik me gemakkelijk eigen maken. De teksten worden heel persoonlijk gelezen: wat zegt God tegen mij, wat zou ik gedaan hebben als ik die mens in de bijbeltekst was geweest ?
In de avond had ik ruim de tijd om te lezen in de meegenomen boeken. Het merendeel van de dag ben je dus op jezelf. Het heeft me niet zo veel moeite gekost. Op het eind van de week begon ik die rust zelfs te waarderen. De enige momenten waar ik "last had" van de stilte waren de maaltijden. Om samen met twee andere gasten in stilte de maaltijd te gebruiken viel me zwaar. Dan merk je weer dat samen eten veel meer is dan dan alleen het nuttigen van voedsel. Het zwijgen maakt van een tafelgemeenschap op zichzelf staande individuen , ik vond het onprettig.

Het riviertje de Leie
Op zaterdag nam ik afscheid van pater Wauthier en de medegasten (nu wel praten !)  en vertrok huiswaarts. De overgang van de rust van de abdij naar het geroezemoes van het dagelijkse leven thuis verliep probleemloos. Het was pas op de maandag, de eerste werkdag, dat ik voelde hoe vol zo'n dag zit en hoe weinig ruimte er voor luisteren en bezinning is. Ik denk dat ik nog wel een paar weken bezig ben om de ervaringen in de Oude Abdij een plek te geven en om te bepalen op welke wijze ik verder ga met extra tijd en aandacht voor stilte en gebed.

woensdag 5 december 2018

Sola Scriptura in Rome

Begin november verbleven we met een groep Regenboogkerkers uit Epe een weekend lang in Rome. Het waren aangename dagen met veel bezoeken aan prachtige kerken en gezellige maaltijden in het o zo drukke centrum van Rome.
Op zondagmiddag hadden we een ontmoeting met Antoine Bodar in de Santa Maria dell'Anima. Het  "sola scriptura" van de Reformatie kwam ook ter sprake. Daar was Antoine Bodar snel mee klaar. "Sola scriptura" heeft binnen het Protestantisme tot een veelheid van meningen geleid. Vergelijk dat met de universele Kerk, waar één waarheid geleerd wordt, ontvangen in en door het geschreven Woord van God, en geïnterpreteerd en doorgegeven in de Apostolische Traditie !


Het sola scriptura is in mijn hoofd blijven ronddwalen. Ik ben er over gaan lezen, en inmiddels heb ik me voorgenomen om  het boek The Shape of Sola Scriptura van Keith Mathison, een Amerikaanse hoogleraar van calvinistische snit, te gaan lezen.
Er zijn meerdere bruikbare definities van sola scriptura te vinden. Ik vind deze prettig: sola scriptura is het beginsel dat er maar één onfeilbare bron is voor leer en leven van de christen: de bijbel. Alleen daar horen we de stem van God. Elke christen heeft toegang tot de bijbel en mag die interpreteren.

De eerste vraag die bij me naar boven kwam, was: hoe diep zit het "sola scriptura" in het DNA van de protestanten ? Onder confessionele theologen en predikanten zal het een stevig verankerde overtuiging zijn, maar het "gewone" kerkvolk dan ? Die zullen waarschijnlijk vragen: "waar gaat het over ?" Als ze het beginsel al kennen zal de volgende vraag wellicht luiden: "maar wat heb ik er aan ?"
Ik ben bang dat weinigen de historische context kennen - bijvoorbeeld Luther en de Rijksdag in Worms - en het ook niet van hoge waarde achten. Dat is geen winstpunt, maar verlies. Het sola scriptura geeft aan wat voor ons, christenen, de bron is van ons geloof en onze levenspraktijk: daarover lezen we in de bijbel en nergens anders. Dat helpt ons in het gesprek met de andere godsdiensten.
Het is vandaag de dag niet chique om heldere opvattingen te hebben over de inhoud van je geloof, of over hoe het christenleven er uit moet zien, en die te presenteren als leidraad voor ons allen.
Soms ben ik wel eens bang dat onze gemeenschappelijke geloofsinhoud zich beperkt zich tot God houdt van ons en We moeten het goede zoeken voor elkaar. Hoe waar en hoe krachtig die beide uitspraken ook zijn, ze helpen ons niet om uit te groeien tot gerijpte christenen, en ze helpen ons ook onvoldoende om anderen uit te leggen wat de schat van het Evangelie is.
Om dat te kunnen is bijbellezen nodig: elke dag weer opnieuw, met het hart èn met het hoofd. Om nieuwe kracht te ontvangen, maar ook om gepaste antwoorden te kunnen geven aan anders- of aan niet-gelovigen. En daar is soms stevig intellectueel werk voor nodig.

Verfilming van Luther op de Rijksdag in Worms
Behalve de vraag naar het huidige functioneren van het sola scriptura zijn er andere belangrijke vragen te noemen.
Laten we het hebben over sola scriptura en "de gereformeerde traditie". Hebben we als protestanten echt genoeg aan "alleen de bijbel" ? Dat lijkt niet het geval te zijn, en ik denk dat het ook niet zonder kan. Er bestaat geen directe en onbemiddelde wijze van bijbellezen, er is altijd een interpretatiekader aanwezig, de bril waardoor je de bijbel leest.
Sola scriptura gaf in de zestiende eeuw de bijbel terug aan alle gelovigen: er was niet langer een priester of bisschop nodig om de bijbel te lezen en te verklaren. Maar natuurlijk werd ook snel vastgesteld dat een volledig individuele interpretatie aanleiding geeft tot scheuring en versplintering van de Kerk, het lichaam van Christus. Als de Kerk een echte gemeenschap van gelovigen wil zijn dan moet er een gemeenschappelijk kader zijn voor leer en leven. En zo ontstonden belijdenissen en catechismussen en een gereformeerde traditie, tot op de dag van vandaag.
Protestanten kennen dus ook hun eigen traditie, net zoals Rome. Er is wel een belangrijk onderscheid: Alle protestanten mogen meedoen aan het debat over de juistheid en de volledigheid en de actualiteit van de gereformeerde traditie. De Apostolische Traditie van Rome wordt daarentegen bewaakt door Paus en Bisschoppen.

Een volgende vraag is die naar de "standaardisatie" van de gereformeerde traditie. Rome kent één Apostolische Traditie. Wat je daar verder ook van vindt, het is duidelijk wat er wel en wat er niet toe behoort.
Onder protestanten is dat ingewikkelder en inderdaad: dat leidt tot verdeeldheid. Om maar enkele voorbeelden te noemen: zijn we voor de kinderdoop of voor de volwassendoop ? Zijn we voor of tegen de vrouw in het ambt ? Mogen we doden bij de verdediging van ons land of is dat niet toegestaan ?
Het protestantisme kent vele stromingen en groeperingen met hun eigen Traditie. Dat roept wel op tot bescheidenheid: een bepaalde interpretatie van sola scriptura heeft geleid tot diep verdeelde Protestantse kerken.

Dan een laatste kwestie. Als protestant is het gemakkelijk om gaten te schieten in de Apostolische Traditie: Waar leest u dat Maria zonder zonde is en ten hemel opgenomen ? Waarom zou de Paus onfeilbaar zijn ? En waarom heeft u Aristoteliaanse filosofie gebruikt in de leer van de transsubstantiatie  ? Klaarblijkelijk is ook de Apostolische Traditie niet zo onfeilbaar als de Kerk ons wil doen geloven.
Maar hiermee schieten we onszelf wel in de voeten. Allereerst: Samen met Rome delen we een belangrijk stuk Traditie zoals die is vastgelegd in de vroege belijdenissen: de Apostolische geloofsbelijdenis, die van Nicea en  die van Athanasius. Maar die geloofsinhoud lezen we niet zo gemakkelijk af uit bijbelteksten, en soms hebben we begrippen geïntroduceerd die de bijbel zelf niet kent maar die we wel nodig hadden om de geloofsinhoud communiceerbaar te maken.
Binnen de gereformeerde traditie kennen we ook beginselen die historisch wel te begrijpen zijn, maar een indirecte of zelfs geen bijbelse basis hebben: onze opvatting over de kinderdoop, of een liturgische kwestie als "alleen psalmen zingen".

Sola scriptura: wat moeten we er mee ? Wat mij betreft: vasthouden en (weer opnieuw gaan) gebruiken, op een bescheiden manier. Er niet mee rondslaan, maar samen proberen te begrijpen wat God ons te zeggen heeft.